Op verkenning... en maar goed ook
Vrijdag 16 aug Brig-Berisal Tanzbode
Deze morgen was ik in Basel. Ik voegde me bij de steeds groeiende groep mensen met bergschoenen en rugzak, die allemaal de trein naar Brig namen. Supersnel, met die Lötschberg-basistunnel. In Brig waren we vele honderden die vóór het station één van de bussen of treintjes opwilden naar een startplek hogerop.
Onze chauffeur wilde niet vertrekken : bus te vol. Geen probleem, 10 min later was er een extra bus voor mij en 20 anderen.
Ik was de enige die afstapte in Berisal. Zalig, in alle rust hoogtemeters maken. Rond 1940 m even het drukke pad van de Simplon Hohenweg kruisen, en oef terug de eenzaamheid van het Steinutal.
Een halfuur verder kon het verkennen echt beginnen. De drie herders waren toe aan een babbel en ik leerde van alles bij. De wolf uiteraard. De hoofdreden dat er nu herders zijn. En dat ze zaterdag zouden vertrekken en ook de brug demonteren. (Oei, welke brug - hier was toch een oversteek met buizen?). Die buizen zijn er nog maar de rivier heeft zich verlegd en loopt nu 20 m meer naar links. En dat de vlotste route naar de Col dáár loopt (Oef, toch iets wat niet veranderd is in de voorbije 12 jaar). Ik ondek dat ze de oude kaaskelder omgebouwd hebben tot frisse siëstaplek voor de herders (Jammer, vroeger kon je hier met een hele groep schuilen, nu nog met twee misschien).
Na dat vruchtbare gesprek trek ik naar de Blauseelucke. Geen pas. De afdaling naar de andere kant is niet evident. Het blijkt veel leuker om de bergkam te nemen. Van beneden lijkt het één vreselijke keienberg. Tijdens de klim ontdek ik voortdurend nieuwe grashellinkjes die heel vlot naar de top gaan. Kleine toppen, met namen als Oberblatthorn en Seewjihorn, met prachtig zicht op de vele 3000-ers in de omgeving.
Net voor de Seewjihorn spot ik een goede afdaalroute. Ik klim nog verder naar de volgende naamloze piek. Daar pas ik voor : geklauter op een smalle onstabiele kam...
Dus toch die afdaalroute van daarnet. Mooi, opnieuw een reeks stukjes gras door een blokkenveld. Even later kom ik zowaar op een pad. Erg discreet, maar vlotjes lopend.
Ik ben nu midden in de afwisseling van geologische lagen waarvoor Binn bekend staat. Rosrode ijzerrijke rots wordt gneiss, die wordt krijt, krijt wordt kalk en dan een soort bruine zandige leisteen die hier, op de Saflischpass, bedekt is met morenebulten begroeid met gras en stukjes veen.
Bij één van die kleine poelen kies ik de bivakplek. Het water in de poel is heerlijk warm. Heerlijk rustig bivak, muisstil. De enige geluiden zijn de beek een halve km verder en de andere groep schapen op 1,5 km afstand.
De wolken blijven gewoon hangen. Geen warmteonweer. Morgen wordt het anders. Nu is het genieten.
Reacties
Een reactie posten